Primaire Lens Luxatie

Wat is Primaire Lens Luxatie (PLL)?
Primaire Lens Luxatie of kortweg PLL is een goed herkenbare, pijnlijke en blindmakende erfelijke afwijking in een groot aantal hondenrassen, met name in de terriers en terrier-achtigen. In aangetaste honden degenereren de banden waarmee de lens gefixeerd wordt. Wanneer de lens uiteindelijk niet meer in de goede positie aanwezig is, zal de hond blind worden.
De symptomen worden ontwikkeld op jonge leeftijd . Binnen enkele uren tot maximaal enkele weken na de geboorte kunnen de kenmerken die horen bij deze DNA-varianten waargenomen worden.

Onderzoek naar PLL
Om te ondezoek of een een hond deze ziekte heeft is er een DNA test beschikbaar bij een aantal laboratoriums. Wij zelf maken voor deze test gebruik van bloed EDTA, dit wordt bij de dierenarts afgenomen en direct naar het laboratorium gestuurd.

Resultaten

Vrij De hond heeft twee gezonde allelen.
Dit dier zal bij gebruik in de fokkerij geen afwijkingen krijgen en kan de afwijking niet doorgeven aan de volgende generatie.
Drager De hond heeft een gezond allel en een defect allel.
Het dier zal het mutante (defecte) allel aan de helft van zijn nakomelingen doorgeven.
Lijder De hond heeft dus twee defecte allelen.
Lijders geven het afwijkende allel door aan al hun nakomelingen in de volgende generatie en krijgen zelf symptomen die horen bij de ziekte.

Vererving
Dit kenmerk vererft op een autosomale, recessieve, manier. Dit betekent, dat een dier vrij kan zijn (homozygoot normaal), lijder (homozygoot afwijkend) of drager (heterozygoot).
Dragers kunnen de mutatie verspreiden in de populatie zonder dat ze zelf de symptomen hebben. Hierdoor is met name het aantonen van dragers van groot belang om verspreiding te voorkomen.

Behandeling
Voor zover bekend bestaat voor deze ziekte geen behandeling.

PLL en fokkerij
Het wordt aangeraden om te fokken met dieren die de mutatie niet bezitten.
Om de genetische diversiteit niet in het gedrang te brengen, is het aanbevolen om foktechnisch waardevolle dieren die de mutatie dragen toch in te zetten voor de fok, maar alleen in combinatie met dieren die de mutatie niet bezitten. Het is dan ook aanbevolen om de genetische dragers onder de nakomelingen te identificeren via de DNA test.